Terwijl ik start met het schrijven van dit verhaal, wacht ik op een collega met wie ik om 9.00 uur had afgesproken. Het is inmiddels bijna 9.15 uur.
Ze is te laat.
Mijn cliënten – allen vrouwen met AD(H)D – zijn ook nog al eens te laat. Of ze zijn (veel) te vroeg, maar dat verbloemen ze door in hun auto te wachten en uiteindelijk precies op tijd mijn kantoor binnen te stappen. Wanneer cliënten precies op tijd mijn kantoor binnenstappen, gaan bij mij alarmbellen af. Vaak is er dan sprake van compensatiegedrag. Een cliënt in haar ADHD-flow komt óf gewoonweg te laat óf appt mij rond de afgesproken tijd dat zij nu echt in de auto stapt om naar mij te racen.
Geen haast, app ik dan terug, ik zie je zo!
Vanaf dat ik mensen met AD(H)D coach, inmiddels ruim 12 jaar, ben ik steeds minder verbonden geraakt met tijd. De eerste paar jaar vond ik het ogenschijnlijk prima als mensen later dan afgesproken op onze afspraak verschenen, maar rondde ik het gesprek wel af als ‘het tijd’ was.
Daarna aanvaardde ik dat de afwijkende tijdsbeleving iets is wat bij mijn cliënten hoort en nam ik de tijd die nodig leek te zijn voor een gesprek, onafhankelijk wanneer een gesprek was gestart. Natuurlijk niet als ik een volgende afspraak had staan, maar dat gebeurde steeds minder, aangezien ikzelf meer en meer de ruimte en rust tussen afspraken waardeerde.
De afgelopen jaren verschijn ikzelf minder vaak ‘op tijd’ op afspraken, hoewel ik op de meeste afspraken zeker nog op het afgesproken tijdstip verschijn. Meer dan eens werd er door een cliënt gegrapt: ‘Pas op hoor Anne, ADHD is besmettelijk!’
‘Hi!’ zeg ik enthousiast als mijn collega om 9.20 uur het kantoor betreedt. Ze overhandigt me bloemen. We raken in gesprek over van alles en niets en zij haalt spullen voor het ontbijt uit haar tas en zet deze op tafel.
Eenmaal aan het afgesproken ontbijt raken we in een diepgaand gesprek dat bijna twee uur duurt. Het gesprek voert langs allerlei persoonlijk thema’s en we staan stil bij ‘hoe het leven te leven dat werkelijk bij je past’.
Ik vertel haar dat ik in het kader daarvan drie weken geleden ben gestopt met het zetten van mijn wekker. Ook op de dagen dat mijn kinderen op tijd op school moet zien te krijgen.
Ze kwamen nog alle dagen op tijd en ikzelf was ook steeds op tijd op kantoor.
En hoewel er in de afgelopen paar jaar al een tendens waarneembaar was naar een meer ontspannen ochtendritueel, werden de ochtenden met het besluit om geen wekker meer te zetten, plots heel veel meer ontspannen. Hoewel ik tot nu toe in de voorbije drie weken steeds ruim op tijd wakker werd en dus voldoende tijd had om de dingen te doen die ik gedaan wilde hebben voor vertrek – een zekere mate van zelfzorg, ontbijt maken voor mijn dochters en mijzelf, het huis enigszins fatsoeneren – was dat niet de belangrijkste reden voor deze plotselinge toename in ontspanning.
Loslaten. Het risico aanvaarden dat ik te laat kan komen en daarmee mogelijk een ander teleurstel.
Dat is dé reden dat mijn dagen sinds kort heel veel meer ontspannen starten.
Het ‘te laat komen’ van mijn cliënten hielp me zien dat te laat komen mag.